Engagement school en ouders

Engagement school en ouders

De onderstaande engagementsverklaring wordt wederzijds door school en ouders aangegaan. Bij de inschrijving op school wordt ze aan de ouders voorgesteld en toegelicht. De ouders ondertekenen van hun kant voor akkoord op een apart exemplaar.

Deze engagementsverklaring kwam tot stand na overleg

  • binnen de scholengemeenschap Sint-Quintinus, waartoe onze school behoort
  • met de schoolraad van onze school
  • na akkoord van het lokaal overlegplatform waartoe onze school behoort

Als katholieke school zullen wij alles in het werk stellen om uw kind op een zo goed mogelijke manier te begeleiden doorheen zijn school- en studieloopbaan. Het inschrijven van uw kind in onze school is echter niet vrijblijvend. Wij willen werken in partnerschap en rekenen daarom ook ten volle op uw medewerking.

1 – Wederzijdse afspraken m.b.t. het oudercontact

Op geregelde tijdstippen organiseert onze school oudercontacten en infoavonden.

  • Deze kunnen per leerjaar en/of per klasgroep georganiseerd worden. Ze kunnen de bedoeling hebben ouders te laten kennis maken met school en leraars ouders te informeren over de schoolwerking in de verschillende leerjaren, de aanpak van de studiekeuzebegeleiding, specifieke initiatieven.
  • Oudercontacten kunnen ook op individuele basis georganiseerd worden. Zo b.v. ontvangen de klassenleraars op het einde van elk trimester de ouders apart per leerling. Aan de hand van het trimestrieel rapport bespreken ze dan de studieresultaten en/of de vorderingen van de leerling. Ook de aanpak van eventuele remediëring, de studiekeuze of andere aandachtspunten worden mee opgenomen in deze gesprekken.
  • Ouders ontvangen voor dergelijke info- en contactmomenten een uitnodigingsbrief met een inschrijfcode, die aan hun zoon of dochter meegeven wordt. De brief stellen we echter ook ter beschikking via het digitale communicatieplatform “Smartschool”. We verzoeken de ouder(s) om voor die ouderavond in te tekenen.

2 – Wederzijdse afspraken over regelmatige aanwezigheid en spijbelbeleid

2.1 – Door de inschrijving van uw kind in onze school verwachten we dat het vanaf de eerste schooldag tot en met 30 juni deelneemt aan alle lessen en activiteiten van het leerjaar dat het volgt. Bezinningsdagen, buitenschoolse activiteiten enzovoort worden als normale schooldagen beschouwd, ook als ze meerdere dagen in beslag nemen. Ze geven uw kind een kans om zich te verrijken en zich verder te ontwikkelen. Dit betekent dan ook dat uw kind hieraan moet deelnemen. Verder verwachten we dat uw kind elke schooldag tijdig aanwezig is op school. Te laat komen kan gesanctioneerd worden met een orde- of tuchtmaatregel.

Het kan altijd gebeuren dat uw kind om een bepaalde reden niet naar school kan komen of dat het te laat komt. De algemene regel is dat de ouders steeds de school verwittigen bij afwezigheid of te laat komen. De concrete afspraken hierover vindt u terug in het schoolreglement onder punt 2.3.1. “Aanwezigheid op school”. Om het recht op een schooltoelage niet te verliezen, mag de leerling niet meer dan 29 halve schooldagen ongewettigd afwezig zijn geweest.

Wij verwachten dat u zich engageert om er mee op toe te zien dat uw kind dagelijks
op school is, deelneemt aan de door de school georganiseerde activiteiten, en ook
telkens op tijd aanwezig is.

2.2 – Om diverse redenen ervaren jongeren het leren en schoollopen soms als lastige, minder leuke opdrachten.
Zomaar wegblijven uit de school kan echter niet. Bij moeilijkheden wil de school, samen met het CLB, helpen ze op te lossen. De school verwacht bovendien de actieve medewerking van de ouders bij eventuele begeleidingsmaatregelen op dit vlak.

Van zodra de school de spijbelproblematiek beschouwt als zorgwekkend, speelt ze het dossier door naar het ministerie van Onderwijs en Vorming. Meer informatie hierover vindt u terug in het reglement onder punt 2.3.1. “Aanwezigheid op school”.

Indien u of uw kind niet meewerkt aan onze begeleidingsinspanningen, kan de directeur beslissen om een tuchtprocedure tegen de leerling op te starten omdat hij het onderwijs- en vormingsgebeuren in gevaar brengt. Verder kan de school ook beslissen uw kind uit te schrijven, bv. omdat het hardnekkig blijft spijbelen of omdat het voor de school al een hele tijd niet duidelijk is waar uw kind verblijft.

3 – Wederzijdse afspraken over vormen van individuele leerlingenbegeleiding

Leerlingen in onze school kunnen rekenen op een begeleide aanpak van hun studies. Daartoe levert iedere vakleerkracht de nodige inspanningen:

  • door in haar/zijn lessen de leerstofinhouden aan te brengen op een methodische en gestructureerde manier
  • door vragen van leerlingen over of n.a.v. de leerstof tijdens de les te beantwoorden en ze aan te wenden als leerkansen voor de klasgroep
  • door aan de leerlingen duidelijk uit te leggen welke de verwachtingen zijn bij evaluatiemomenten
  • door de leerlingen remediëringsmogelijkheden aan te bieden wanneer dat wordt nodig geacht.

Verder zullen de klassenleraars, in de mate dat het nodig is in de verschillende leerjaren, extra tijd besteden aan het aspect studieplanning en –organisatie, zowel voor de hele klasgroep als voor sommige individuele leerlingen.

Voor leerlingen die ondanks geleverde inspanningen blijven kampen met ernstige moeilijkheden op het vlak van studeren, overleggen de leraars over wat er je te doen staat en of je hulp kan krijgen. Eventueel maken ze voor jou een afspraak met een van de leraars-studiebegeleiders. Die gaat dan na of je tijdelijk een individuele en vakoverstijgend opgevatte extra-begeleiding kan krijgen.

Op socio-emotioneel vlak wil de school elke leerling ondersteunen door het creëren van een uitgebreid en laagdrempelig “zorgnetwerk”. Op de eerste plaats vertrekt de school vanuit de pedagogische relatie die iedere leraar met zijn leerlingen aangaat. Klassenleraars streven bewust ernaar een vertrouwensrelatie met elk van hun leerlingen op te bouwen. Zij stellen zich dan ook expliciet op als aanspreekpunt voor de leerlingen van hun klasgroep. Op die manier vormen alle leraars en ondersteunend personeel samen één groot netwerk of “eerste-hulplijn” binnen de school. Leerlingen mogen zich wenden tot om het even welke leraar of secretariaatsmedewerker van hun keuze met wie ze een gesprek in vertrouwen willen aangaan.

Voor leerlingen die langdurige en/of acute socio-emotionele zorg behoeven, wordt de begeleiding gevoerd i.s.m. de cel leerlingenbegeleiding van de school. Van hieruit worden desgevallend contacten gelegd en acties gecoördineerd met de ouders. Wanneer nodig, wordt i.s.m. alle betrokkenen een beroep gedaan op een externe begeleiding. Het is steeds de intentie van onze school om in overleg met de leerling en zijn ouders op zoek te gaan naar de meest aangewezen vorm van begeleiding. Daarbij is het voor de school onmisbaar te kunnen rekenen op een positieve betrokkenheid van ouders en op hun bereidheid tot overleg met de school.

4 – Positief engagement ten aanzien van de onderwijstaal

Onze school is een Nederlandstalige school. De taalvaardigheid van elke leerling wordt getest bij de start van het secundair onderwijs, zowel voor eerstejaarsleerlingen als voor instromers van buiten Vlaanderen. Indien hieruit zou blijken dat uw kind een taalachterstand heeft, kan de toelatingsklassenraad verplichten om enkele uren buitenschools Nederlands te volgen. Uw keuze voor het Nederlandstalig onderwijs betekent ook dat u uw kinderen aanmoedigt om Nederlands te leren, ook buiten de school. Om uw kind een behoorlijke kennis van het Nederlands bij te brengen, is het een grote hulp dat het niet enkel tijdens de schooluren Nederlands hoort, spreekt of leest, maar ook thuis.